een mens wordt wakker
en neemt, starend in de nacht
een slokje karnemelk
en neemt, starend in de nacht
een slokje karnemelk
regen regende
toen kwam iets aansukkelen
een nat poesje
toen kwam iets aansukkelen
een nat poesje
is dat nu alles?
vroeg de verdrietige mens
ja, zei de engel
vroeg de verdrietige mens
ja, zei de engel
Uit: J.C. van Schagen, Ik ga maar en blijf.
Gekozen en ingeleid door Ingmar Heytze.
Uitgeverij G.A. van Oorschot B.V.