Meditatie iets heel gewoons

Eigenlijk is mediteren iets heel gewoons. Rustig zitten en even niets doen, daar komt het in al zijn eenvoud op neer. Je terugtrekken, aandacht hebben voor jezelf, stilte zoeken, leegte toelaten. Deze en vele andere woorden ademen de geest van het meditatieve. Ach, iedereen doet dat wel op zijn tijd. Het verschil tussen de af en toe naar rust zoekende mens en degene die daadwerkelijk mediteert is, dat de laatste er systematisch werk van maakt. Hij of zij probeert mediteren tot onderdeel van het leven te maken. Mediteren is letterlijk en figuurlijk er ‘helemaal voor gaan zitten’.

Meditatie is vriendelijk en gedisciplineerd waarnemen van jezelf. Je doet het in een ruimte waar je niet gestoord wordt. Doel van mediteren is niet het actief ontwikkelen en overpeinzen van allerlei gedachten. In tegendeel. Het waarom van mediteren schuilt eerder in het lóslaten van al dat onophoudelijke denken en voelen dat vaak veel wegheeft van rommelig intern gebabbel. Dat loslaten is verre van gemakkelijk. Toon Tellegen weet ons dat fijntjes uit te leggen:

Ik denk heel vaak wel tien of honderd keer hetzelfde.
Bijvoorbeeld: morgen moet ik naar de tandarts.
Ik denk dat, en meteen daarna denk ik aan iets anders:
dat ik koude voeten heb of trek in chocola, en meteen
dáárna weer: morgen moet ik naar de tandarts.
Dat weet je toch, denk ik dan. Dat hoef je toch niet
telkens opnieuw te denken?
Maar dat helpt niet. Even later denk ik het weer.
Er zijn ook dingen die ik wel graag de hele dag door wil denken.
Als ik die denk zeg ik tegen mezelf: O ja!
Denk dat maar zo vaak als je wilt…
Toch denk ik daar dan al gauw niet meer aan.
Denken is geheimzinnig.
Het trekt zich weinig van me aan.

(Uit: Ik denk)

Hoe gaat het in zijn werk?

Hoe gaat mediteren in zijn werk? Mediteren begint met rechtop zitten, op een kussen of een stoel, de handen neergelegd op de benen. Die houding probeer je zo goed mogelijk vol te houden, het zorgt ervoor dat je geconcentreerd blijft, de aandacht erbij houdt. Vervolgens let je op je adem. Je kunt je ademhaling tellen of hem louter registreren. Je neemt je adem zoals hij gaat, gespannen of ontspannen, regelmatig of onregelmatig, prettig of onprettig. Waar je tijdens mediteren – of je nu ervaren bent of niet – meteen tegenaan loopt is je denken dat zich manifesteert in de vorm van ‘aanhoudend innerlijk praten’. In ons hoofd is het vaak een eindeloos gebabbel en geklets. Meestal hebben we dat niet door. Maar tijdens mediteren kom je daar achter. Daar wat aan te doen is één van de uitdagingen van mediteren. Meer informatie hierover vind je elders op deze site.

Mediteren en humanistische levenskunst

Wilhelm Schmid, een Duits filosoof, schreef een handzaam boekje over humanistische levenskunst. Sommige onderwerpen die hij aanroert zijn verwant met mediteren. Schmid benadrukt bijvoorbeeld de ontwikkeling van goede gewoontes in het leven. Dat gaat niet zomaar vanzelf. Daar is oefening en discipline bij vereist. Wie piano wil leren spelen moet loopjes oefenen, wie levenskunst wil betrachten moet goede gewoontes aanleren. Mediteren is zo’n oefening in het verankeren van stiltemomenten in je leven. Verder noemt Schmid dat een levenskunstenaar niet altijd moeten blijven doorhollen. We moeten op een veelzijdige manier gebruik maken van onze tijd. Dus naast nuttig bestede tijd ook ‘ledige tijd’. Wie mediteert ontwikkelt die kunst van de ledigheid. Schmidt benadrukt ook dat levenskunst inhoudt dat iemand nieuwe wegen durft in te slaan. Hij noemt daarbij Nietzsche die de figuur van de vrije geest bepleitte, proberend, zoekend, open in het leven staan. Mediteren sluit bij die stijl van Nietzsches vrije geest aan. Een laatste dimensie die we hier noemen is dat levenskunst oog heeft voor de menselijke vergankelijkheid en de aanvaarding van de dood. De dood is de begrenzing van het leven en de uitnodiging er mee aan de slag te gaan. Mediteren ondersteunt die zoektocht, het houdt een mens scherp en bevordert de moed om open te kijken naar de tegenstrijdige vragen van het leven, onze vergankelijkheid incluis. Voor verdere informatie zie elders op deze website.

Wat levert mediteren op?

  1. Meer persoonlijk, ‘intiem’ zelfinzicht.
    Wat neemt een mens waar als hij twintig minuten achtereen op zijn of haar meditatiekussen zit? Je komt dan in de buurt van de binnenkant van onze menselijke geest, je privé bewustzijnswereld, vaak vluchtig van karakter dat je als ‘intiem’ of ‘eenzaam’ zou kunnen duiden. In elk menselijk bewustzijn speelt zich een subtiel, complex en nauwelijks in kaart te brengen, met gevoelens en verlangens gelardeerd gedachtespel af. Han de Wit noemt dit het moeilijk toegankelijke gebied van de eerste persoonskennis: de binnenkant van onze menselijke geest, ons ‘privé terrein’ van menselijk bewustzijn. Bij veel mensen krijgt het nauwelijks aandacht maar is het wel aanwezig in al zijn warrigheid en onrust, in al zijn veranderlijkheid en vluchtigheid, overdag en ‘s nachts piekerend tijdens wakkere uren. De zoektocht van de meditatie vindt plaats in dit ‘geheime’ gebied van de eerste persoonskennis. Daar leer je jezelf beter kennen. Mediteren dus voor het subtiele zelfinzicht.
  2. Een rustpunt in je leven.
    We leven in een samenleving die veel van ons vraagt, alles is vol van verandering, uitdaging is troef. De lat ligt vaak hoog en we worden overspoeld met een hoeveelheid aan nauwelijks te verwerken informatie over wat er in de wereld gaande is. Komen we voldoende tot rust in deze jachtige tijd, staan we genoeg stil? Waarschijnlijk niet. Mediteren brengt een moment van rust in het leven van alledag.
  3. Aandachtiger levensstijl
    Wie mediteert krijgt meer besef van de warrigheid en vluchtigheid van zijn of haar eigen denken. Als je niet mediteert heb je dat vaak niet door. Misschien ken je de ervaring dat je door een mooi bos hebt gewandeld maar dat je de natuur om je heen nauwelijks zag, zo werd je in beslag genomen door gedachten en vragen. Wél gewandeld maar de natuur nauwelijks gezien. Met mediteren leer je het eigen denken (iets) meer tot rust te brengen en aan te sturen. Gevolg is dat je minder ‘bezet’ bent en meer oog hebt voor het leven om je heen. Ook doet het je concentratievermogen goed omdat het minder maalt in je hoofd: als je wandelt wandel je, als je stofzuigt stofzuig je, als je kookt kook je, als je werkt werk je. Mediteren bevordert een aandachtiger levensstijl.
  4. Meer mildheid
    Het is opmerkelijk hoe oordelend veel mensen naar zichzelf kunnen kijken zonder het echt door te hebben. Een erfenis van het christelijke schuld denken? Of het gevolg van het huidige veeleisende tijdsgewricht vol ambitie en stress? Dat veeleisende karakter van onze huidige cultuur bemoeilijkt een evenwichtige en ontspannen manier van in het leven staan. Wie mediteert leert zichzelf kennen – inclusief de zwakke en minder leuke kanten – in een sfeer van mildheid en vriendelijkheid. Meer mogen zijn wie we zijn.
  5. Meer ruimte voor ‘bestaansvragen’
    Mediteren kan gevoeliger maken voor de ‘basisvragen’ van het menselijk bestaan: het besef als bewoner van onze aarde opgenomen te zijn in een onbevattelijke tijd en een ondoorgrondelijke ruimte. Zo maar – ongevraagd – geworpen te zijn in dit aardse bestaan. Ook kun je gevoeliger worden voor dimensies van onmacht en noodlot in het leven. Voor het onder ogen zien van die kant van het leven is een zekere moed nodig die in de geborgen rust van de meditatie gemakkelijker valt op te brengen.
  6. Geen haarlemmerolie
    Als je het bovenstaande leest lijkt mediteren dé weg om evenwichtig, sterk en onafhankelijk in het leven te staan. Meer zelfkennis, geen slaaf van emoties, opgeruimd van geest. Wat wil een mens nog meer! Zo eenvoudig is het niet. Het leven is complex, wisselvalligheid is troef, teleurstellingen soms groot, ons karakter niet altijd even sterk. Mediteren geeft niet op alle tegenslag en menselijke onrust het verlossende antwoord. Maar je leert wel – met vallen en opstaan – je beter te verhouden tot de soms lastige dynamiek van het menselijk bestaan.

“Niemand kan de brug voor je bouwen waarover juist jij de rivier van het leven moet overschrijden, niemand behalve jij alleen.” (Nietzsche)

Dit zijn bekende woorden van Nietzsche. Mediteren is niets anders dan het zelf blijven bouwen aan die brug en het zelf oversteken van die rivier.


(1) Toon Tellegen, Ik denk, met portretten van Ingrid Godon, Uitgeverij Lannoo, pag.18.
(2) Wilhelm Schmid, Filosofie van de levenskunst, Uitgeverij AMBO
(3) Han F. de Wit. De verborgen bloei. Over de psychologische achtergronden van spiritualiteit, Uitgeverij Ten Have